Elf akkerbouwers uit de Beemster en de Schermer volgen dit jaar een bodemcursus, in zeven delen. Hoe ziet de bodemstructuur eruit?
(Foto is een archieffoto. Bron: Noordhollands Dagblad, 18 oktober 2021)
Elf akkerbouwers uit de Beemster en de Schermer volgen dit jaar een bodemcursus, in zeven delen. Hoe ziet de bodemstructuur eruit? Deskundige Coen ter Berg breekt onder hun ogen de kluiten uit elkaar.
Schermerhorn
Vandaag staat 'Waterhuishouding' op het programma en is akkerbouwer Johan Barendregt in Schermerhorn gastheer. Een toepasselijke dag, want de regen valt met bakken uit de hemel. Watermanagement is essentieel en vereist door de toename van droogte en overvloedige regenval extra aandacht. Tijdens eerdere ontmoetingen ging het onder meer over geologie in Nederland, bodemstructuur, bodemleven en wortelontwikkeling. Onderwerpen die ook nu weer ter sprake komen.
,,Het is halverwege oktober, je begint al een wateroverschot te krijgen", zegt Ter Berg. Een goed werkende drainage is noodzaak. Hoe weet je of de drainage aan vervanging toe is? En wanneer leg je zoiets aan? Hij heeft op die vragen een antwoord. Er zijn bovendien tussenoplossingen, blijkt. Letterlijk. Want het aanbrengen van zand, in stroken dwars op de bestaande drainagebuizen leidt tot een betere werking, vertelt Ter Berg. ,,Je herkent het perceel meestal niet meer terug, zo effectief."
Peilbuis
,,Wie gebruikt er een peilbuis?", vraagt hij. Bijna niemand. Met zo'n peilbuis kun je de waterstand bepalen en dus beoordelen of de drainage overal nog naar behoren functioneert. Arno Kramer, die aardappelen, suikerbiet en graan teelt in Middenbeemster, heeft ook geen peilbuis, maar weet wel precies waar de zwakke plekken zitten. ,,Je kunt het zien aan de gewassen, die beginnen daar minder te groeien."
Johan Barendregt zegt dat de investering zich snel terugbetaalt. ,,Als je er een bunder (ongeveer een hectare) aardappelen door kunt behouden, heb je de drainage er al uit." Hij is zelf aan een gedeeltelijke vernieuwing toe. Wat is dan de beste periode? ,,In augustus aanleggen is beter dan oktober", zegt Ter Berg. ,,Kort nadat er tarwe heeft gestaan is een goed moment. Want tarwe onttrekt vocht en wortelt lang. Je krijgt een bodemstructuur met poriën die naar beneden lopen."
Dat die gewenste bodemstructuur ook hier op het bedrijf (deels) al aanwezig is, zien we zo. Want na ruim een uur theorie volgt de praktijk. Gelukkig is het even droog." Peter Appelman was al naar buiten gelopen, want z'n telefoon ging. Hij heeft zijn akkerbouwbedrijf naast dat van Barendregt. ,,Daar, bij die molen. Ik verbouw groente: broccoli, bloemkool, witte kool... niet biologisch, al voelt het soms wel zo, want de opbouw van een goede bodemstructuur heeft al heel lang zijn aandacht en interesse. ,,Essentieel voor een goede opbrengst." En de waterhuishouding? ,,Ik ben tevreden", zegt hij.
Op dat moment komen de anderen ook naar buiten en gaan we samen kijken hoe de percelen van Barendregt in elkaar steken. Hij krijgt een ruime voldoende, zal later blijken.
Plopper
Ter Berg laat eerst nog z'n plopper zien, een hol buisje dat je in een peilbuis laat zakken en plopt als het water tegenkomt. Hij stopt 'm weer weg en pakt twee spaden uit de auto. Op een groen perceel met phacelia en Japanse haver als groenbemesters zet hij er een in de grond. Met behulp van de tweede trekt-ie na even wrikken voorzichtig een kluit naar boven. ,,Hij breekt mooi", zegt Ter Berg. ,,Heel poreus. Je ziet nog wat oude tarwewortels en allemaal kanaaltjes voor het drainerend vermogen. Fantastisch."
Hij zet de spaden opnieuw in het gat en haalt nog een kluit naar boven. ,,We zitten nu zestig, zeventig centimeter diep. Moet je kijken wat een wortels, en prachtig droog. Ik zie ook nog een mooie worm. Je zou hier nu, in oktober, bijna nog drainage aan kunnen leggen, als je zou willen." Hij komt wat witte bolletjes tegen in een kluit. Ze zitten aan de wortels van wikke, ook een groenbemester. In deze kleine knolletjes slaat het plantje de stikstof op die het uit de lucht haalt. Op hetzelfde veld stuit Ter Berg in een vergelijkbare kuil op een compact stukje kluit. ,,Gevarenzone", zegt hij. Al valt het toch ook weer mee: ,,Minder doorlatend, maar niet dramatisch."
Ter Berg: ,,Organische mest werkt beter dan kunstmest. Waarom? Organische mest bevat meerdere voedingsstoffen en micro elementen. Bovendien is een deel van de organische stof voeding voor het bodemleven, dat bodemleven draagt zelf ook weer bij aan het vrij komen van voedingsstoffen, én aan de opbouw van een luchtige structuur."
Aardappels
We staan inmiddels tussen de aardappelen. Milva's heeft Barendregt staan, een consumptieaardappel. Ook hier gaan de spades ongeveer een halve meter diep. Ter Berg is tevreden. ,,Zo droog nog, en zo kruimelig, dat is eigenlijk heel goed." Het betekent dat wormen op deze diepte nog goed kunnen leven. En dat is belangrijk voor een aardappelteler, want als ze meer naar de oppervlakte komen, wordt het rooien lastig. ,,Ze produceren een soort slijmstoffen, die de grond kleverig en hard maken", zegt Appelman.
Op 35 tot 40 centimeter ziet Ter Berg de gewenste structuur iets afnemen. Toch zijn er nog sporen van oude tarwewortels te zien. Ook hier 'overall' een pluim voor de waterhuishouding.
Tarwe blijkt in meerdere opzichten een geschikt gewas voor verbetering van de bodemkwaliteit te zijn. Was de prijs die ze voor dat gewas krijgen nu ook maar aantrekkelijk, dan zouden alle akkerbouwers het massaal gaan verbouwen. Ter Berg: ,,Op deze relatief zware klei is het bodemvraagstuk dan heel snel opgelost."
Bodemcursus
De bodemcursus wordt gefinancierd door Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier (HHNK), en is een samenwerking met het Landbouwportaal Noord-Holland (kennisontwikkeling en kennisdeling) en de bodemcoaches. De agrarische natuurvereniging Water, Land & Dijken, waar meerdere van deze akkerbouwers bij zijn aangesloten, nam het initiatief.